Corporate governance, vennootschapsrecht en werknemersparticipatie

Wat is corporate governance?

Corporate governance is het systeem van regels, processen en praktijken waarmee een bedrijf wordt bestuurd en gecontroleerd. Het definieert de rol die managers, aandeelhouders, werknemers, de overheid en de gemeenschap kunnen spelen bij het beïnvloeden van bedrijfsstrategieën, actieplannen en werkbeleid en -programma's. Corporate governance wordt gereguleerd door een verscheidenheid aan maatregelen, waaronder 'harde wetgeving', 'zachte wetgeving' (zoals codes en aanbevelingen) en gevestigde praktijken.

Wat is vennootschapsrecht?

Vennootschapsrecht is 'harde' wetgeving, die in de eerste plaats een rol speelt bij het reguleren van corporate governance en de relaties tussen het management, de raad van bestuur, de aandeelhouders en andere belanghebbenden (waaronder werknemers) van een bedrijf. Ten tweede heeft het ook betrekking op structurele kwesties, zoals de oprichting van bedrijven, kapitaalvereisten en de reorganisatie en herstructurering van bedrijven, zoals overnames, fusies, splitsingen en omzettingen. Het gaat ook over transparantie door middel van financiële en duurzaamheidsrapportage, en aanverwante gebieden zoals insolventie.

Waarom is vennootschapsrecht belangrijk voor werknemers?

Het vennootschapsrecht regelt de rechten van werknemers op het gebied van corporate governance, het duidelijkst in de regels voor de vertegenwoordiging van werknemers in het bestuur (Werknemersparticipatie op bestuursniveau). In het vennootschapsrecht zijn ook ad-hocrechten voor werknemers vastgelegd, bijvoorbeeld het recht op informatie en raadpleging bij overnamebiedingen en grensoverschrijdende omzettingen, fusies en splitsingen. Tot slot worden werknemers beïnvloed door de rechten die het vennootschapsrecht aan andere partijen toekent, zoals stemrecht voor aandeelhouders.

Wat doet het ETUI op het gebied van vennootschapsrecht, corporate governance en werknemersparticipatie?

Het werk van het ETUI op dit gebied steunt op zijn GoodCorp netwerk, een pan-Europees netwerk van vakbonds- en academische deskundigen op het gebied van corporate governance. GoodCorp geeft niet alleen beleidsadvies aan de vakbonden en andere belanghebbenden, maar coördineert ook een aantal publicaties en de ontwikkeling van de European Participation Index, een meting op nationaal niveau van de mate van werknemersparticipatie in bedrijfsaangelegenheden. Binnen GoodCorp richt een netwerk van nationale correspondenten, Monaco genaamd, zich op het monitoren van de omzetting van het vennootschapsrecht en aanverwante richtlijnen. Je kunt een overzicht van de EU-bedrijfswetgeving die relevant is voor werknemersparticipatie vinden op de paginaWetgeving en regelgeving.

GoodCorp netwerk

GoodCorp werd in 2005 opgericht na de publicatie van een actieplan voor vennootschapsrecht en corporate governance door de Europese Commissie. In het GoodCorp netwerk houden vooraanstaande deskundigen uit verschillende disciplines en landen, die allemaal geïnteresseerd zijn in de rechten van werknemers als belanghebbenden, zich bezig met activiteiten als:

  • de uitwisseling van informatie en meningen over actuele kwesties op de Europese agenda voor corporate governance en vennootschapsrecht, en over belangrijke ontwikkelingen in de EU-lidstaten;
  • advies en ondersteuning van de Europese vakbeweging over deze kwesties; en
  • onderzoek en publicaties over vennootschapsrecht en beleidsopties.

ETUI-netwerk voor toezicht op en evaluatie van de omzetting van het vennootschapsrecht (Monaco)

In het kader van het GoodCorp-project werd in 2022 het Monaco-netwerk opgericht om de omzetting van richtlijnen op het gebied van vennootschapsrecht die relevant zijn voor de medezeggenschap van werknemers te monitoren en te analyseren. Het netwerk bestaat uit correspondenten uit verschillende lidstaten met een achtergrond in de analyse van wetgeving. Het Monaco Netwerk wordt gecoördineerd door Progressive Policies namens het ETUI.

Deze correspondenten volgen de stand van de omzetting van belangrijke richtlijnen inzake vennootschapsrecht in hun respectieve landen. Waar relevant geven ze ook een kwalitatieve beoordeling van de nationale tenuitvoerlegging, in het bijzonder van bepalingen die belangrijk zijn voor de rechten van werknemers. Op basis van deze beoordelingen worden voor verschillende richtlijnen overzichtsrapporten over de omzetting opgesteld.

Het netwerk heeft de omzetting van vier richtlijnen gevolgd:

Voor samenvattingen van deze richtlijnen, evenals van andere relevante EU-wetgeving, klik op de bovenstaande link of ga rechtstreeks naar Wetgeving en regelgeving. Zie voor de laatste richtlijn ook een recente brochure - Vitols, S. en EVV. (2024). Aanbevelingen voor de omzetting van de richtlijn duurzaamheidsverslaglegging voor bedrijven (CSRD). Brussel: ETUI en EVV.

Europese participatie-index

Video over de Europese participatie-index van het ETUI

De Europese Participatie Index (EPI) is een multidimensionale meting van de kracht van de 'stem van de werknemers' in bedrijven in verschillende Europese landen. De opname van drie componenten respecteert de verscheidenheid aan systemen van arbeidsverhoudingen in verschillende landen, die informatie-, consultatie- en medezeggenschapsrechten bieden op verschillende niveaus in het bedrijf:

  • De eerste component meet de sterkte van de werknemersvertegenwoordiging in bedrijfsbesturen. Werknemersvertegenwoordiging op bestuursniveau (BLER) is over het algemeen ofwel wijdverspreid in zowel de publieke als de private sector, voornamelijk beperkt tot publieke en geprivatiseerde bedrijven, of slechts zwak ondersteund of gebaseerd op vrijwillige regelingen;
  • De tweede component meet het percentage van de beroepsbevolking met formele collectieve vertegenwoordiging op het niveau van de vestiging (d.w.z. de werkplek); en
  • De derde component meet de invloed van collectieve onderhandelingen, wat een gemiddelde is van het percentage van de beroepsbevolking dat onder een collectieve overeenkomst valt en het percentage van de beroepsbevolking dat lid is van een vakbond.

Landen krijgen een score tussen 0 (geen stem van werknemers) en 1 (veel stem van werknemers) op de EPI. De EPI blijkt een hoge correlatie te hebben met verschillende economische en sociale indicatoren, waaronder economische gelijkheid, het aandeel van arbeid in het inkomen, de arbeidsparticipatie, uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling (R&D), armoede onder werkenden en politieke participatie.

Onderzoek waarbij gebruik is gemaakt van het EPI (inclusief eerdere versies) is te vinden in verschillende edities van de jaarlijkse publicatieETUI Benchmarking Working Europe (2009: 55; 2011: 97-98; 2016: 69; 2016: 69; 2017: 58; 2018: 76; 2019: 73-75; 2020: 140-142, 155).

Een recent artikel - De Spiegelare, S. en Vitols, S. (2024). De Europese Participatie Index (EPI) en ongelijkheid: een multidimensionale cross-nationale vergelijkende maat voor werknemersparticipatie. Transfer: The European Review of Labour and Research - beschrijft de methodologie en gegevensbronnen die ten grondslag liggen aan de EPI en toont het nut ervan aan bij het verklaren van grensoverschrijdende variatie in ongelijkheid.

De EPI-gegevens kunnen hier worden gedownload (verschijnt binnenkort).

Relevante jurisprudentie op het gebied van vennootschapsrecht

Andere bronnen